Een Vissende Familie

Mijn artikelen


“"Dan wilde ik thuis lekker in bad gaan maar dan moest ik eerst die 30 supersnelle voorntjes eruit scheppen" ”

Schrijven voor de Amsterdamse Hengelsportvereniging is iets wat ik mét liefde en uit liefde voor de hengelsport doe. Maar ook uit liefde voor Amsterdam, ik ben zo onwijs trots om bij deze mooie vereniging te horen. Heel erg bewust kies ik ervoor om vooral ervaring en gevoel met jullie te delen. Technische praat laat ik meestal achterwege: Ik besef dat daar al genoeg vis-gerelateerde artikelen over gaan en hou het behoorlijk dichtbij mijzelf dus. Persoonlijk omdat ik denk dat, omdat we dezelfde hobby delen, het stuk “Herkenning” een heus feestje kan zijn.

Toen ik aan dit stuk begon besefte ik me dat het alweer voor het laatste Magazine van 2020 was. Wat een jaar. Lieve mensen, wat een jaar… Niemand had met de Nieuwjaarsborrels ooit kunnen bedenken dat het zó zou gaan lopen. De komst van Corona brengt een hoop ellende en verdriet. Een hoop beperkingen en zelfs verboden. Maar het brengt ook een verlangen naar ontsnappen en vrij te mogen zijn en dat vonden velen in onze hobby: Vissen.

Massaal gingen we naar de waterkant. Persoonlijk voelde ik me zo’n bofbips, dat het vissen in ieder geval gewoon nog kon en mocht. En dat, ondanks al die shit, ik daar alsnog mijn koppie mee leeg kon maken! Jullie ook, denk ik zo. De band met vrienden en vooral ook met mijn familie werd nog sterker: Juist omdat we elkaar ook een tijdje niet mochten zien, niet mochten knuffelen, vreselijk vond ik het! Want als iemand een knuffelkont is dan ben ik het. En als iemand close is met familie dan ben ik het. Mijn familie, oké, ik ben misschien niet helemaal objectief, is namelijk de leukste en de liefste familie! Lief, Leuk en heel erg Vissig.
 

DAT ZIJN WIJ

Het is wat het is. Wij zijn Vissig! Ik kan het me niet anders herinneren. Werkelijk al mijn hele leven is ‘de Visserij’ daar. En geloof me, vroeger vond ik dat nog weleens irritant. Dan wilde ik thuis lekker in bad gaan maar dan moest ik eerst die 30 supersnelle voorntjes eruit scheppen. Pa lachen natuurlijk. Mijn zin om in bad te gaan was acuut pleite. Aan de andere kant vond ik het ook heel stoer en kwamen er vaak klasgenootjes mee naar ons huis om diezelfde visjes te bewonderen tijdens een schoolpauze.

’s Avonds lag de lange eettafel vaak bezaaid met kraaltjes en haakjes. Als ik dan naar bed ging dan was m’n vader nog steeds bezig met onderlijnen knopen of hij was lood aan het gieten, begeleid door de muziek van Otis Redding, The Rolling Stones en Solomon Burke op de achtergrond.

Of wanneer ik terug kwam van een vriendinnetje, dan waren mijn ouders zomaar “verdwenen”! Ja hallo, toen hadden we nog geen mobiele telefoon he, dus ik was terecht ongerust toch? Gelukkig kwamen ze altijd “gewoon” weer ergens midden in de nacht thuis. Als ik dan ’s morgens uit mijn bed kwam trof ik het halve strand aan in de gang. Aha! Ze waren dus gewoon gaan strandvissen. Waar maakte ik me eigenlijk ook druk om!

In onze koelkast lag altijd wel een bak met pieren of zagers, die elke dag keurig een nieuw, droog krantje kregen. Een bak met wormen en/of maden. Standaard voorradig in Huize van den Berg.



HEE AMSTERDAM!

Onze etage woning in de Amsterdamse Rivierenbuurt was met regelmaat het kloppende hart, en hét vergaderpunt van “hun” Zeevisvereniging Seagull. In januari was het helemaal een drukte van belang, want dan was de jaarlijkse prijsuitreiking van de competitie van het voorgaande jaar. Wat een feest was dat! Ons hele huis stond vól met schalen met gevulde eitjes (afblijven Nathalie, afblijven!), salades, stokbrood en ander lekkers. Ik mocht met m’n moeder mee naar de Makro om cadeaus te halen voor de tombola, wat vond ik dat gezellig!

In mijn puberteit ging ik flink stappen (hallo Leidseplein!) en dan kwam ik heeeeeel vroeg op zondagochtend thuis, een uurtje of 05:00/0530…. dan waren m’n ouders dus nét opgestaan om te gaan vissen. Dat was nog weleens pittig! Ik helemaal proberen nuchter te doen enzo hahaha. Ik vond het daarentegen zo heerlijk om, zodra ze weg waren, in hun warme bed te kunnen kruipen. Als er een vriendinnetje bij me bleef slapen (of een vriendje), was het voor hun serieus echt een héle maffe gewaarwording, waggelend binnenkomen en dan tegen mijn ouders aanlopen die met slaperige ogen aan de dampende koffie zaten. Uhu, Goedemorgen!

Het was vaak de Bosbaan óf het strand. Ze hadden in de weekenden hun wedstrijden, dan zaten ze vaak op zee of deden vanaf het strand een wedstrijd. Doordeweeks, na hun werk, richting de Bosbaan. De Bosbaan was, vanaf mijn ouderlijk huis, een kleine 10 minuutjes met de auto. Soort van achtertuin!



DE BOSBAAN

Die Bosbaan… ik heb daar prachtige herinneringen aan. Echt. Goud! Vroeger had je daar, langs de zijkant, nog een héle grote tribune, met een restaurant eronder. Wat heb ik daar heerlijk gespeeld! Trappen op en trappen af, m’n vader en moeder verderop langs het water. Meestal bleef ik bij m’n ouders, ging konijnen zoeken in het bos of ging helemaal bovenaan op de tribune zitten, uitkijkend op - voor mijn gevoel -  de hele wereld. Als het erg lekker weer was ging ik ook wel het water in, lekker zwemmen! Dit moest ik natuurlijk wel ver weg van mijn ouders doen, anders verjaagde ik de vissen enzo. De Bosbaan was altijd avontuur, we vingen er ook altijd zoveel vis! Dikke palingen, gigakarpers, snoekbaars, echt, het leek wel alsof de hele wereld daar zwom. Wat ik me ook goed kan herinneren is dat ik het daar altijd zo gezellig vond. M’n oma kwam langs op haar fietsje, vrienden van mijn ouders: Iedereen wist dat we daar in de avonden te vinden waren.

En het strand? Net zo hard: Altijd feest, altijd vrij, altijd blij, altijd samen en altijd met visserij bezig. Of er stonden hengels in de steunen of we gingen met de hele familie garnalen scheppen. Tantes, ooms, nichtjes en neefjes waren erbij. Emmers vol op het strand. De ouderen gingen met de duwnetten de zee in en wij, de jonkies, mochten sorteren. We hadden altijd zoveel bekijks. Vervolgens werden bij ons huisje in Bakkum alle garnaaltjes gekookt. De kranten werden op tafel uitgevouwen en pellen maar! Gouden momenten. Dankzij de hobby, de visserij van mijn ouders heb ik een heerlijke jeugd gehad. Ik was heel veel buiten, in de natuur, met een gevoel van vrijheid én een gevoel van saamhorigheid.

Dankzij de visserij van mijn ouders hadden wij met verjaardagen en familiediners altijd heerlijke vis op ons bord. Er werd ook altijd veel uitgedeeld: Onze kennissen konden meegenieten. Ik schrijf nu in de verleden tijd maar eigenlijk gebeurd dit nog steeds hoor! Mijn ouders vissen, vangen én delen nog steeds!



TRADITIE DOORGEVEN

Het kan toch ook niet anders dan, dat ik zelf dus ook ben gaan vissen? Zoet, zout, slootjes of buitenlandse zeeën, maakt me niet uit. Ook ik heb een groot garnalenduwnet en mijn dochters hebben allebei de kleinere versie ervan. Ook wij gaan samen op avontuur!

Waar ik het in mijn puberteit weleens irritant kon vinden, realiseer ik me nu hoe onwijs leuk en bijzonder het juist was. Ik merk dat ik de traditie zelf ook heel erg graag wil doorgeven. Ik wil dat mijn dochters dezelfde vrijheid ervaren. De zelfredzaamheid mee krijgen én het creatieve. Vergeet niet dat juist deze generatie behoefte heeft aan een manier om even helemaal te ontspannen en het koppie leeg te maken. We denken dat wij het druk hebben, maar de volgende generatie moet nog veel méér, er wordt zoveel van ze verwacht: Van school, van werk, van social media, van vrienden, etc. etc.

Dus om mijn dochters te leren genieten, te “ontsnappen” langs de waterkant… het voelt bijna als zoiets als dat ik ze verplicht ben om dit mee te geven!

Nóg een reden waarom onze Vissigheid blijft bestaan: Ze willen alleen nog maar de kibbeling en gebakken slibtongetjes van opa en oma. En terecht, want dat is me toch een partij lekker! Maar het mag natuurlijk niet zo zijn dat dat gerecht bij hen stopt. Alle familierecepten zijn makkelijk op te schrijven maar het smaakt alleen maar nét zo lekker als “die van opa en oma”, als het ook je eigen gevangen vis is… En gezonder kunnen ze het niet krijgen, vers uit de zee! Trouwens, kinderen eten hun Hollandse garnaaltjes ook een stuk rustiger op als ze weten hoe onwijs hard en lang je moet werken voordat je een boterhammetje belegd hebt met die kleine, heerlijke rakkers

Over een paar weken gaan we op zondag met het gezin vanuit “Neeltje Jans” zeevissen op een bootje vol met alleen maar dierbaren! Hoe bijzonder is dat! En absoluut hoor, dan is 2020 inderdaad echt een heel stom jaar geweest. Waarin we amper wat mochten en er ging een heleboel niet door. Het was echt heel vervelend, verdrietig en teleurstellend (en nog steeds) maar ergens toch ook weer niet... want we hebben onze hobby. En we maken onze koppies leeg. We genieten van buiten. Zijn met elkaar. Laten we kijken naar wat we wél hebben. En laten we daar heel erg zuinig op zijn.

Bofbipsen toch?


“"Dan wilde ik thuis lekker in bad gaan maar dan moest ik eerst die 30 supersnelle voorntjes eruit scheppen" ”